Rubbervloerproces

1. Constructie van basisolie
Doordrenk de basisolie met een sponsroller, kruis deze horizontaal en verticaal op de vloeroppervlakte en verdeel deze gelijkmatig om ervoor te zorgen dat er geen waterophoping op het vloeroppervlak ontstaat. Sluit vervolgens het terrein af en begin na 1-2 uur met de zelfnivellerende constructie. Als de vloer sterk absorberend is, kan deze nog een keer worden aangebracht om de afdichtende werking te garanderen.
2. Zelfnivellerende constructie
Giet volgens de instructies van de fabrikant een bepaalde hoeveelheid koud water in de emmer (het moet schoon water zijn), giet vervolgens zelfnivellerend cement in de emmer en roer gedurende 2-3 minuten totdat er geen klontjes meer zijn. Gebruik een zelfnivellerende schraper om het zelfnivellerende cement dat op de grond is gegoten te schrapen totdat het uniform is, en sluit vervolgens de locatie af. Binnen 12 uur mag er niet gelopen worden en mag er pas na 24 uur gewerkt worden.
3. Deflatieoperatie
Tijdens de zelfnivellerende handeling moet een andere persoon het leeglopen uitvoeren en het zelfnivellerende cement heen en weer laten leeglopen om het gladder, uniformer en poriënvrij te maken.
4. Constructie leggen
De rubbervloer dient vooraf naar de bouwplaats te worden verplaatst en minimaal 24 uur de tijd te krijgen om zich aan de locatietemperatuur aan te passen. Bij het leggen moet het eerst worden uitgelegd en moet er aandacht aan worden besteed om de pijlen op de achterkant van de vloer in dezelfde richting te houden, en vervolgens te splitsen en te snijden volgens het terrein- en ontwerpplan.
5. Constructie van rakel en plakken
Draai de vloer op volgorde, maak de plek schoon en schraap de lijm. Meestal wordt de methode gebruikt om lijm op de grond te schrapen. Selecteer de juiste lijm en de gespecificeerde schraaptanden afhankelijk van het materiaal en schraap deze achtereenvolgens gelijkmatig over de grond. De droogtijd is geschikt vóór het plakken. De lijm moet voorzichtig worden aangeduwd en geplaatst, zodat de lucht onderaan de vloer wordt afgevoerd. Gebruik een ijzeren aandrukrol van 50 kg om op volgorde te rollen zonder enige omissies achter te laten. De flenzen, kromgetrokken hoeken, naden en andere verschijnselen moeten tijdig worden gerepareerd.
6. Anderen
Na het leggen moet de overtollige lijm op tijd worden verwijderd en moeten vervolgens hulponderdelen worden geconstrueerd, zoals lasnaden, plinten, enz.
7. Bedieningsmethode
Voor grotere gebieden moet de stroombedieningsmethode worden toegepast. De stroomoperatie moet op een geplande en ordelijke manier worden uitgevoerd. De professionele arbeidsverdeling is helder en de verantwoordelijkheden helder, wat de bedrijfsvoering bevordert en de kwaliteit waarborgt.
8. Reiniging
Voordat de constructie is voltooid en in gebruik wordt genomen, moet de productbeschermende was op het oppervlak van de rubberen vloer worden verwijderd en vóór gebruik worden gereinigd.
9. Kwaliteitsacceptatie leggen
De eisen zijn als volgt: glad, geen beschadiging van het oppervlak, vlakke naden, horizontale en verticale naadlijnen, geen gaten, geen randen, geen hoeken, geen luchtbellen, consistent langs de rand van de muur, gladde en rechte bogen aan de bovenkant muur- en hoeklijnen. Er zijn geen gaten, de hoogte van de plint is consistent, vlak en stevig, er is geen sprake van lijmlekkage of ontgommen en de lasnaden zijn vlak en stevig. Om het eindresultaat van de rubbervloer te garanderen, moet kruisconstructie met ander werk tijdens de bouw zoveel mogelijk worden vermeden en moet deze in de interieurdecoratie worden aangebracht. De laatste fasen van de bouw.